Metaalmijnbouw heeft een bedenkelijke reputatie. In het kielzog van de globale vraag naar natuurlijke rijkdommen in het algemeen en metalen in het bijzonder ontstaan sociale conflicten, mensenrechtenschendingen, verstoorde of verwoeste natuur en slecht bestuur. De problematische cases vinden we voornamelijk terug in grondstofrijke landen in Azië, Afrika en Latijns-Amerika, terwijl wij belangrijke afnemers zijn van die grondstoffen. Zo heeft ook de Belgische burger een link met die conflicten: enerzijds als consument (van bv. elektronische apparaten), anderzijds ook als spaarder, omdat banken spaargeld investeren in mijnbouwbedrijven.
Begin 2017 publiceerde FairFin met 11.11.11 en Broederlijk Delen in het kader van BankWijzer een onderzoek naar investeringen in twintig controversiële mijnbedrijven. In de periode 2011-2016 (augustus) investeerden negen van ‘onze’ banken 34 miljard dollar in de vorm van leningen en uitgiftes van aandelen en obligaties in deze bedrijven en in september 2016 hadden ze er voor 2,1 miljard dollar obligaties en aandelen van in bezit. BNP Paribas, Deutsche Bank en ING Group, zijn de grootste financiers op vlak van leningen en uitgiftes van aandelen en obligaties. Wat betreft de financiële relatie in de vorm van aandelenparticipaties en participaties in obligaties is Deutsche Bank met voorsprong de grootste investeerder in de geselecteerde bedrijven, gevolgd door BNP Paribas en KBC.